Noorwegen 2004

Geplaatst op 06-06-2004  -  Categorie: Verhalen Kano  -  Auteur: Hanneke Kruize

Met de geslaagde vakantie van onze kayakclub in Kroatië nog redelijk vers in het geheugen komt Edwin alweer met een geweldig idee voor de zomervakante van 2004: kayakken in Noorwegen! Met zijn enthousiasme weet hij al gauw een aantal mensen warm te maken. En voor we het weten zitten we met die mensen bij Peter Burghout thuis, die ons de foto’s van zijn mooie zeiltocht aan de Noorse westkust laat zien en met allerlei handige wetenswaardigheden komt. We vragen hem de oren van het hoofd. We zijn overtuigd: het gaat echt gebeuren! En na zeekaarten van hem te hebben ingescand (waren erg nuttig!), warme en waterdichte (kayak)kleding, lichte en compacte kampeerspulltjes, en jawel, ook vissersgereedschap te hebben ingekocht, en het nodige te hebben voorgesproken, vertrekken Tijn, Antoinette en Daan, Addie en Edwin met hun kids Sybe en Marijn, en Rob en ik halverwege juli dan daadwerkelijk naar Bergen in Noorwegen.

Op weg

Tweeduizend kilometer met de auto met kayaks er boven op, de grootste deel over land (via Denemarken-Zweden) richting Bergen in Noorwegen. Het is weliswaar een erg lange reis, maar vanaf ongeveer de grens van Zweden-Noorwegen wordt het landschap heel mooi. Al gauw rijden we daar niet meer over een echte snelweg, maar een tweebaansweg. Je mag slechts 90 km/uur, maar dat geeft gelijk wel de mogelijkheid om te genieten van het schitterende landschap: bergen (met sneeuw!), meren, rivieren, bloempjes…ik kan m’n hart niet op en wil overal foto’s van maken, maar de chauffeur denkt daar helaas anders over.

Uitzicht vanaf de camping

Na 2 dagen rijden en vele tunnels te hebben ‘genomen’, bereiken Rob en ik de afgesproken camping even ten westen van Bergen, waar we al worden opgewacht door Tijn en de familie Noordman-Van der Sluis, die zelfs al een complete maaltijd met (deels meegesmokkelde) wijn hebben klaarstaan voor ons. Ze hebben hun kampement opgeslagen op een plekje met schitterend  uitzicht over een van de vele fjorden. In de verte zien we de zee al glinsteren.

Ons kampement op de camping

Het feit dat de sanitaire voorzieningen van de camping best beperkt zijn, wordt ruimschoots gecompenseerd door het fantastische uitzicht en de aardige campingenoten, die ons voorzien van zelf gevangen kabeljauw en makreel voor op de BBQ!

Kennismaking met de Noorse wateren

En dan is het zover: de vuurdoop op de Noorse wateren! Vanaf de camping kunnen we onze kayaks na een redelijke steile afdaling te water laten. In afwachting van de komst van Daan en Antoinette maken we twee keer een dagtocht in de directe omgeving van de camping. We ontdekken dat de zee redelijk rustig is. Weinig brekende golven (tot ongenoegen van Edwin), en nauwelijks stroming. Addie geniet hoorbaar met volle teugen, en ook de anderen weten meteen dat het geen verkeerde keuze is geweest om mee te gaan.

Varen op de Noorse baren.

In het heldere en best koude zeewater drijven tientallen oranje kwallen; vissen zien we echter niet. De kust en eilandjes zijn rotsig met vooral hei en grassen, en heel soms wat struikjes en bomen. Op de wat grotere eilanden staan vaak wel huizen, vele zelfs voorzien van electriciteit. De bewoners verplaatsen zich met kleine motorbootjes en vissen er lustig op los. Zeilboten of collegakayakkers zien we niet. We komen ook een visserskwekerij tegen, en vragen de eigenaren belangstellend of we ook een vis kunnen mee krijgen. Uit hun beperkte Engels blijkt echter dat dat niet kan; we moeten zelfs 25 meter uit de buurt van de kwekerij blijven!

Twee meerdaagse tochten

En dan, als ook Antoinette en Daan gearriveerd zijn, beginnen we aan onze meerdaagse tochten. Als je ziet wat iedereen aan spullen mee wil nemen, vraag je je af of dat ooit allemaal in de boot kan. We gaan wildkamperen en komen waarschijnlijk geen dorpjes meer tegen om inkopen te doen. Dat betekent dus de complete kampeeruitset meenemen, voldoende eten, en kleding voor alle weertypen, want je weet maar nooit in Noorwegen. Geen wonder dat sommige kayaks uiteindelijk wel erg diep in het water liggen… Dat een zonnebril en hoed dan onontbeerlijk zijn, kan Antoinette wel beamen, na de eerste dag een zonnesteekje te hebben opgelopen.

Het inpakken van de kayak vraagt ook nog wel enige oefening: je moet van tevoren bedenken wat je overdag nog nodig kan hebben (zonnebrand, anorak, fototoestel, mok voor koffie en thee tussen de middag, telkens weer grandioos verzorgd door Daan en Antoinette!). Het is namelijk heel vervelend als je je hele kayak halverwege de dag weer uit moet pakken, waar sommigen van ons wel over kunnen meespreken.

Uitzicht op fjord en vissersboot

De eerste meerdaagse tocht met Addie erbij (Edwin blijft met kids op de camping)  duurt 4 dagen, en start vanaf de camping, waar we ook weer naar terug varen. Per dag varen we niet heel ver, ik schat gemiddeld zo’n 20 kilometer. De tocht voert ons deze dagen langs afwisselend landschap, alhoewel Rob dit zal tegenspreken (“Die rotsen zien er allemaal hetzelfde uit!”  en “De Rijn is toch veel mooier!”). De ene keer varen we over uitgestrekt water, dan weer door smalle doorgangen tussen rotswanden door; daar kun je de bodem zien. Indrukwekkend zijn de oversteken van fjorden (o.a. de Korsfjorden en Selbjørnfjord). Wat is zo’n fjord breed! Met de kayak duurt het wel een half uur voor je zo’n fjord over gestoken bent. In de verte zien we een gletsjer en sneeuwbergen. Er is maar weinig scheepvaart: één zeeschip, en een pilotboot met enorme golven. Over het algemeen hebben we rustig water.

Het weer is eerst nog wat wisselvallig. De regen valt gelukkig vooral ’s avonds en ’s nachts, dus veel last hebben we er niet van. Uitzondering is de laatste dag van de eerste meerdaagse tocht. Het is buiig weer met harde wind. ’s Nachts heeft het ook al hard gewaaid, en zijn we blij dat de tent overeind is gebleven. Daan, Tijn, Rob en Hanneke besluiten toch over de ruige zee terug te varen naar de camping, terwijl Antoinnette en Addie afhaken. Zij worden later met de auto opgehaald. Wat een heksenketel is die zee! Alhoewel er geen echte brekers tussen zitten, is er ook geen sprake van een regelmatige deining. De golven komen van alle kanten, en van top tot dal zijn ze zo’n 4 meter hoog!

Regelmatig kun je de andere kayakkers niet meer zien. Om onszelf niet in de nesten te werken houden we flink afstand tot de rotsen en blijven dicht bij elkaar in de buurt. We zijn te gespannen aan het varen om zeeziek te worden. Daan heeft een gouden tip om de spanning onder controle te houden: “Gewoon blijven ademen en rustig doorvaren.” Vooral als de golven van achteren komen voelt het spannend aan, met name als we weer tussen de rotsen door naar rustiger water willen varen. En ja, als we daar veilig en al aankwamen, vinden we het natuurlijk een eitje…Wat zal Edwin balen dat hij er niet bij was!  

De tweede tocht met Edwin erbij in plaats van Addie (die blijft dan bij de kinderen op de camping) duurt 4-5 dagen. We zetten de auto’s vlakbij de Korsfjorden, en komen daar ook weer terug. Helaas voor Edwin is de tweede tocht minder over zee, en is het water nog vlakker dan bij de eerste tocht. Bovendien is de pit er een beetje uit bij een aantal mensen in de groep, en verloopt de tocht de eerste dag wat chaotisch. Er ontstaat wat onenigheid in de groep, met als resultaat een overnachting op een scheef plekje op een (stinkend) vogeleiland vol pissebedden en oorwurmen…Gelukkig leggen we het de volgende ochtend weer bij, waana nog een aantal plezierige dagen volgen. We varen dan ook in het mooie ‘gebied van de 1000 eilandjes’ , dat nog aardig bevolkt is. De tweede meerdaagse tocht hebben we voor mijn gevoel in totaal minder kilometers gemaakt dan de eerste ronde. Edwin mist nog steeds de golven, dus de laatste dag van die tocht varen Edwin en Tijn nog door naar een eiland in zee, terwijl de anderen wel klaar zijn met varen en alvast teruggaan naar de camping.  

De vrijheid van het wildkamperen

Het vinden van een geschikte kampeerplek blijkt nog een ware uitdaging: het is best lastig om op de rotseilandjes vlakke en niet te drassige plekken te vinden voor drie tentjes. Toch lukt het bijna elke avond weer om een goede plek te vinden. Voor sommigen is het een ware sport om de tent zo mooi mogelijk neer te zetten. Rob maakt bijvoorbeeld complete constructes met sleeplijnen etc., want haringen zijn vaak niet echt te gebruiken in de rotsbodem.

Zelf vind ik het kamperen op die eilandjes een van de leukste dingen van de vakantie: het gevoel van vrijheid, als je met zo’n klein groepje je eigen privé eiland hebt, en het feit dat je niet meer nodig hebt dan die spullen in je kayak. En als je dan onder het genot van een glaasje whisky, koffie of wijn naar de zonsondergang kijkt in het je omringende water, met zo’n gezellig clubje mensen, is er echt niet veel meer dat je je wensen kunt. O ja, een ding wel: dat de mugjes er niet zouden zijn, maar ook dat valt wel mee. De sanitaire voorzieningen op de eilandjes zijn voortreffelijk:ieder z’n eigen privé wc en een groot zwembad in je nabije omgeving, soms zelfs met rots om vanaf te springen. Het water is alleen wel een beetje koud, dus uitgebreid zwemmen is er niet bij.

Het avondeten bestaat vaak uit gedroogd voer aangelengd met water, al hoewel Addie/Edwin en Tijn nog behoorlijk culinaire hoogstandjes weten te produceren, zelfs met verse groenten. Ook tussen de middag tovert Addie de meest waanzinnige producten uit haar kayak.

Maar na een dag kayakken smaakt het meeste eten wel goed. Nog een tip: stop geen eieren in de punt van je kayak, want deze schudden vanzelf kapot, en dat geeft zo’n rotzooitje. Alhoewel je er nog prima ‘scrumbled egg’  van kunt maken.

Ons visexperiment

En dan: ons visexperiment! Daan en Antoinette hebben zowel een werphengel als een lijn voor aan de kayak meegenomen, Edwin heeft geavanceerd spul gekocht in de Noorse viswinkel, en Tijn heeft visspul gekregen van een dronken Noor op de camping. Een tip van Tijn: gebruik de werphengel niet te enthousiast als je spieren nog niet warm zijn…Een keer geeft hij n.l. ’s ochtends de werphengel een flinker hengst, waarbij het spontaan in z’n rug schiet. Hij kan vervolgens een dag niet varen. Na uitgebreide massages en aandacht van de kayakkers komt het gelukkig wel weer goed. Daan vangt de eerste vis met de lijn aan de kayak: een geep. Hij onthooft deze meteen, tot spijt van Antoinette (“ Hij had zo’n mooi koppie.”), die daarna gelijk zelf niet meer wil vissen. Edwin vangt de tweede (“ zo’n grote heb ik als jongetje nooit gevangen!”), en Tijn volgt al snel: vissen van zo’n 40-50 cm, o.a. kabeljauw en makreel, allemaal met de lijnen aan de kayak.

Wie lust er nog een visje?

We eten ze allemaal op (behalve Rob, die liever hamburgers eet), maar merken dat we nog wel een beetje moeten leren hoe je het goed op smaak brengt. 

Terugblik op de vakantie

Na de tweede meerdaagse tocht splitst de groep zich op, om andere delen van Noorwegen te verkennen. Al met al kan ik niet anders zeggen dat het weer een geweldige ervaring is geweest met de kayakclub. Mooi land, vrijheid, leuke club mensen. Wat wordt ons volgende avontuur??